Overslaan en naar de inhoud gaan
De kunstkamer van Cornelis van der Geest

Restauratie onder de loep

De kunstkamer ontrafeld

Na een complexe restauratie van ruim twee jaar hangt De kunstkamer van Cornelis van der Geest terug in het Rubenshuis. Het internationaal topstuk uit de eigen collectie kreeg in het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) een integrale conservatie- en restauratiebehandeling. Dankzij een zorgvuldige restauratie van het houten paneel, een vooruitstrevende ondersteuning aan de achterzijde en een bescherming op maat, is de duurzame bewaring van dit topstuk verzekerd voor vele toekomstige generaties.

 

De restauratie in een notendop

Het belang van het werk

25 juni 1969. De Vrienden van het Rubenshuis slagen erin De kunstkamer van Cornelis van der Geest voor 24.000 pond aan te kopen op een veiling van Sotheby’s in Londen. Vanwege de Antwerpse oorsprong van het genre, de kwaliteit van het werk en de persoonlijke link met Rubens, werd deze aankoop voor het museum als zeer belangrijk ingeschat.

Op 18 maart 2005 werd het schilderij erkend als Vlaams topstuk. In mei 2021 wordt De kunstkamer van Cornelis van der Geest door het internationaal netwerk voor museumconservatoren CODART opgenomen in de zogenaamde CODART Canon, een lijst van de 100 belangrijkste meesterwerken uit de Nederlandse en Vlaamse oude kunst (1350 – 1750).

In 2009 wijdde het museum de tentoonstelling Kamers vol Kunst aan het schilderij en het unieke genre van de kunstkamers. Het sleutelwerk werd hiervoor speciaal gerestaureerd. De focus lag toen op de verflaag en de inlijsting. Rond het schilderij kwam een klimaatbox om de stabiliteit van het houten paneel te vergroten.

Barst

Restauratie na restauratie

Ondanks die maatregelen verschenen tien jaar later op verschillende plaatsen opnieuw barsten, verfopstuwingen en craquelures (fijne barstjes). Het grote probleem was de drager zelf. Het eikenhouten paneel is opgebouwd uit zeven horizontale en één verticale plank die in tegengestelde richting krimpen en uitzetten. Dat zorgt voor een grote interne spanning met barsten tot gevolg. Volgens recent onderzoek blijkt dat de centrale voeg het wellicht al in de 18de eeuw moet hebben begeven.

Klampen

In het verleden werden al verschillende pogingen ondernomen om het paneel te verstevigen. Rond 1850 bracht men een 'parkettering', een niet-flexibele houten lattenstructuur, op de achterzijde van het paneel aan. Het systeem belemmerde het natuurlijke zwel- en krimpgedrag van de planken en veroorzaakte in combinatie met klimaatschommelingen nog meer barsten. In 1970 werd de parkettering vervangen door klampen. Ook die houten blokjes gaven het gehavende paneel te weinig ondersteuning en bewegingsvrijheid met zichtbare schade tot gevolg.

Onderzoek

Een duurzame restauratie

Een duurzame oplossing, die rekening houdt met de bewegingen in het paneel zelf, drong zich op. Op 1 april 2019 vertrok het topstuk van schilder Willem van Haecht naar het Koninklijk Instituut voor het Kunstpatrimonium (KIK) in Brussel voor onderzoek en restauratie door paneelexperte Aline Genbrugge. Als Vlaams Topstuk kon het schilderij hiervoor rekenen op subsidies van de Vlaamse Gemeenschap.

Het onderzoek

Het KIK onderwierp het schilderij eerst aan een uitgebreid onderzoek om zo de totstandkoming en fysieke geschiedenis van het werk in kaart te brengen. Het multidisciplinair onderzoek bracht aan het licht dat het paneel tijdens de uitvoering vergroot werd en dat bijna elk afzonderlijk schilderijtje geschilderd werd op een mise-au-carreau, een raster om een afbeelding op schaal te brengen.

Amazoneslag

De onderzoekers konden ook het vluchtpunt in de kunstkamer identificeren. De onzichtbare perspectieflijnen leiden de blik van de toeschouwer naar De Amazonenslag van Rubens, tegenwoordig te bewonderen in de Alte Pinakothek in München. Deze ontdekking onderstreept nogmaals de link met Rubens en het belang van De kunstkamer van Cornelis van der Geest voor het museum.

Van Haecht

De originele ogen van Van Haecht

De verflaag kreeg een grondige reiniging, waardoor de frisse, originele kleuren weer zichtbaar zijn. Alle latere toevoegingen en restauraties werden verwijderd. Ook de voegen en barsten werden gereinigd. Achter sommige oude vullingen kwam zelfs de originele verflaag terug vrij. Zo kregen de ogen van Willem van Haecht, die vermoedelijk zichzelf in de deuropening schilderde, hun originele kleur terug.

Na reiniging werden de voegen en barsten verlijmd en opgevuld met kleine stukjes van een zachte houtsoort, waardoor geen extra druk ontstaat op de eiken planken.

Flexibele drager

De grootste uitdaging in het restauratieproces lag ongetwijfeld in de structurele ondersteuning van het paneel, dat een gecontroleerde beweging van de houten planken mogelijk moest maken.

Restaurator Aline Genbrugge werkte hiervoor een flexibele secundaire drager in sitkaspar uit. De hoge elasticiteit maakt deze houtsoort uitermate geschikt om de bewegingen van de planken op te vangen zonder blokkerend te werken. Het vooruitstrevende systeem is op maat van de kunstkamer ontworpen en zorgt ervoor dat de duurzame bewaring van het topstuk verzekerd is voor toekomstige generaties.

Inlijstingssysteem met klimaatbox

Een flexibel inlijstingssysteem, ook uitgevoerd in sitkaspar, geef het paneel maximale bewegingsvrijheid. De klimaatbox, die in de lijst ingewerkt is, beschermt het werk tegen klimaatschommelingen. Een draadloze logger monitort het klimaat in de box.

Duurzaam bewaard

Dankzij al deze duurzame conservatie-ingrepen is dit Vlaams en internationaal topstuk van het Rubenshuis terug gestabiliseerd, zowel op niveau van de drager als op niveau van de verflaag. De flexibele drager, in combinatie met de klimaatbox, maakt dit paneel met complexe opbouw bestand tegen de tand des tijds.

Schrijf je in op de nieuwsbrief