Na het overlijden van Rubens in 1640 en Van Dyck in 1641 is Jordaens op dat moment de belangrijkste kunstenaar in de Scheldestad. In 1649 publiceerde Johannes Meyssens (1616-1670) in zijn Images de divers hommes d’esprit sublime een portret van Jacob Jordaens. Deze prent wordt vandaag beschouwd als een iconisch beeld van Jordaens en reproduceert een geschilderd zelfportret dat vandaag te bezichtigen is in de Staatsgalerie Neuburg an der Donau.
Het werk dat in het Rubenshuis gepresenteerd wordt, betreft een variante atelierrepliek, opgetoetst door Jordaens. De verwerving van dit portret laat de Koning Boudewijnstichting en het museum toe om Jordaens te tonen zoals hij echt was: zelfbewust maar bescheiden. Bovendien slaagt het Rubenshuis er als enige museum ten Noorden van de Alpen in om zelfportretten van Rubens, Van Dyck én Jordaens te presenteren.

Jacob Jordaens, Zelfportret, RH.LBI.2016.006.2, Collectie Stad Antwerpen, Koning Boudewijnstichting